woensdag 13 juli 2011

Boomerang

Het plan was:
op maandagochtend ga je naar het ziekenhuis voor een routine-ingreep, maandagnamiddag word je geopereerd en woensdagmiddag mag je naar huis.

Dit werd het:
op maandagochtend ga je naar het ziekenhuis voor een routine-ingreep, maandagnamiddag word je geopereerd en woensdagmiddag mag je naar huis. Je komt thuis, maakt je tas leeg, neemt de post door en gaat dan douchen omdat je net twee subtropische dagen trof om in je ziekenhuisbed te liggen. Je hebt net je haren ingezeept als je plots vré-se-lijke buikpijn krijgt, je man moet je van onder de douche helpen, je ligt een paar uur op je bed maar smeekt dan om terug naar het ziekenhuis te mogen.
Daar maken ze een RX, zeggen dat het aan je darmen ligt en geven je een lavement. Omdat je nog niet was uitgeschreven nemen ze je terug op maar op donderdagmiddag mag je weer naar huis. Je voelt je goed, hebt een leuke avond met je gezin, slaapt goed in je eigen bed. Vrijdag kijk je vanuit je zetel toe hoe manlief  stofzuigt en dweilt, je leert hem hoe de wasmachine werkt, alles gaat goed. Tot je na het avondeten plots diezelfde buikpijn krijgt, na een paar uur trek je weer naar het ziekenhuis, zelfde conclusie: "uw darmen madammeke. Een lavement rectaal, nog een oraal laxeermiddel bovenop en ga maar naar huis."
24 uur lig je te kronkelen van de pijn en kotst je ziel uit je lijf tot je opnieuw smeekt om naar het ziekenhuis te gaan omdat je wil dat hier een eind aan komt. Deze keer tref je een spoedarts die beseft dat dit niet "zomaar" een verstopping kan zijn, je krijgt eeen ct-scan en daaruit blijkt dat je buikholte vol vocht zit. Gyneacoloog en chirurg worden in allerijl opgetrommeld en om middernacht lig je voor de tweede keer in vijf dagen op de operatietafel. Gelukkig vertoeft je man geregeld in medische middens en mag hij ook deze keer mee het O.K. in. Als je wakker wordt vertelt hij je dat je een gaatje in je blaas had en door al de urine in je buikholte een buikvliesontsteking.  Later krijg je te horen dat het een geluk is dat je niet al te stoer hebt gedaan want als je nog een dag langer had gewacht had je het niet meer zelf kunnen navertellen.
Je ligt dan in je bed met een infuus in je arm, een blaassonde rechts en een drain voor het wondvocht links en een pamper aan omdat alle laxeerdingen die je eerder kreeg nu tenvolle hun werk doen. Dat is zó verschrikkelijk, de schaamte voorbij.
Tien dagen lig je daar, alle uitstapjes die je in de week na je operatie zou doen worden geschrapt, je kinderen vertrekken op reis of op kamp met t-shirts die door buurvrouw, oma of tante zijn gestreken en je hart bloedt omdat je hen zó graag had uitgewuifd.  Je man weet niet waar zijn hoofd staat, niet gewoon een huishouden te regelen én daarenboven ook nog heen en weer naar het ziekenhuis lopen. (waar ze dan ook nog eens een raam van zijn auto inslaan om te gaan lopen met de toiletzak van je jongste)
Op dag tien (eigenlijk dag 17 van het hele verhaal) krijg je een onderzoek, mag je blaassonde eruit en ben je even bang dat je blaas niet meer weet wat ze hoort te doen en zie je jezelf al levenslang incontinent. Maar gelukkig werkt alles naar behoren en als je dokter plots komt  zeggen: "bel G. maar, je mag naar huis" slaak je een kreet van opluchting: Halleluja!!
Maar hé, Jan Palfijn in Gent, ik hoop van harte dat ik niet snel nog een voet bij jullie binnen moet zetten!